Elke ochtend als ik naar school fietste, nog geen 500 van mijn huis vandaan, was er een man in een oranje werk pak die naar mij zwaaide en zei “goeiemorgen meissie”. Ik kreeg er de rillingen van en fietste door, het was een deel van mijn fiets tocht geworden. Iets wat ik nooit deelde omdat het “normaal” voelde voor mij. Als 12 jarig meisje had ik niet door dat dit niet klopte. Op een dag, toen ik aan het fietsen was, zag ik de man al in de verte aankomen wandelen. Ik had toen nog geen bril en zag niet waar hij mee bezig was, tot op het moment dat ik hem passeerde en nog geen 1,5 meter van hem vandaan was. Hij was zichzelf lopend naar mij toe aan het aftrekken. “Hey meissie moet je pik, moet je me pik” zei hij kreunend. Ik verstijfde helemaal en fietste zo hard als ik kon door, helemaal naar school. Ik had niets verteld aan mijn vriendinnen, totdat ik op school was. Ik belde mijn moeder op en die belde voor mij de politie. Ik was net aangekomen op school, maar ik ging weer terug naar huis, in mijn eentje. Ik was zo in de war. “Waarom belde ik niet gewoon gelijk de politie” dacht ik. Maar als 12 jarig meisje was dit voor mij niet te bevatten, ik schaamde me kapot. Ik had nog nooit een penis gezien van een wildvreemde. Eenmaal thuis aangekomen zag ik de politie daar staan. Ik moest uitleggen wat er gebeurde, maar ik kon het woord “pik” niet uit mijn mond krijgen. Ik zei dat de man had gezegd “moet je moet je”, omdat ik het woord “pik” gewoon niet durfde te zeggen tegen een mannelijke politie agent. Ik moest met de agent mee om te kijken of er ergens sperma lag waar het gebeurde. Dit was eigenlijk toch veel te absurd als ik er nu over terug denk. Mama en ik gingen met de agent mee naar het politiebureau om aangifte te doen. Ik moest mijn verhaal doen, en weer durfde ik het woord “pik” niet te zeggen. Verder zei ik wel dat hij aan het masturberen was op straat, voor mijn neus en dat hij mij elke ochtend gedag zei. Aan mijn moeder in het andere kamertje werden dingen gevraagd zoals “heeft uw dochter een grote fantasie”. Dit is toch ongelofelijk denk ik nu. Mijn aangifte was niet doorgegaan en de man is nooit aangehouden voor wat hij mij heeft aangedaan. Elke ochtend fietste ik met met de angst naar school dat ik hem weer zou tegen komen. Twee weken later kwam ik hem weer tegen. 700 meter van mijn huis verwijderd, dicht bij mijn oma. Hij riep naar me “hee meissie moet je me jonko hebben”. Ik verstijfde weer. Ik belde gelijk mijn oma en zij kwam er gelijk aan. Ik fietste een paar meter door en stopte toen met fietsen en bleef wachten op haar. Ik belde mijn moeder en daarna de politie. Ze kwamen wel voor verhaal, maar er is nooit wat mee gedaan. Het enige wat de politie mij vertelde was: “we hebben een man met een donkere huidskleur aangehouden die aan het werk was voor de gemeente die hier in de buurt werkt”. Ik heb de man nog wel is vaker gezien daarna, maar nooit meer in de ochtend. Eigenlijk totdat ik ging verhuizen drie jaar later.